Stationwagen als caravantrekker, het kan met de Skoda Superb Combi

Waarom is de stationwagen eigenlijk zo snel impopulair geworden? Om te beginnen wordt dat veroorzaakt door de populariteit van de SUV, die alle andere autotypen grotendeels verdringt. Zes van de tien best verkochte auto’s in 2024 waren SUV’s. En bij de eerste twintig auto’s staat slechts één model dat ook als stationwagen wordt verkocht, de Skoda Octavia.

Het beeld onder de trekauto’s is nog veelzeggender, want als we het jongste ACSI Trekauto-onderzoek erbij pakken, zien we dat alle auto’s in de top tien SUV’s zijn. Je zou kunnen stellen dat de SUV de nieuwe stationwagen is. En als je naar het silhouet van de twee modellen kijkt, is dat niet vergezocht. Waar de stationwagen lager en langer is, daar is de SUV hoger en korter, maar de basisvorm is met iets andere proporties eigenlijk identiek.

En qua ruimte in het interieur is er niet zo veel verschil tussen een SUV en een stationwagen. Voor de caravanbezitter heeft de SUV zeker voordelen vanwege zijn hogere gewicht en kortere overhang achter. Maar het overzicht over de auto zelf is beter in een stationwagen.

Verlengde passat  

Terug naar het onderwerp van deze trekautotest, de Skoda Superb Combi. Het is de grootste van de twee stationwagens die Skoda nu aanbiedt, want de ruim 20 centimeter kortere Octavia Combi is er ook nog. De compacte Fabia Combi verdween in 2021 uit het aanbod. De Superb verscheen voor het eerst kort na de eeuwwisseling, als een – kort door de bocht – tien centimeter verlengde Volkswagen Passat met een Skoda-grille erin.

Dit model was er uitsluitend als sedan. Bij de tweede generatie die in 2008 op de markt kwam, was het optische verschil met de Passat groter, ook al stond ook dit model op hetzelfde platform als de VW. De Superb was opnieuw langer en ruimer.

Een bijzonderheid aan deze Superb was dat je de achterklep op twee manieren kon openen: als sedan-kofferbak of – met de achterruit mee omhoog scharnierend – als vijfde deur. Een leuke vondst, maar de meeste geïnteresseerden waren toch blij dat er in 2010 een stationwagen verscheen, de Superb Combi.

Vierde generatie

Skoda borduurde bij de derde generatie (vanaf 2015) voort op het bestaande ‘recept’ van de Superb, met een vijfdeurs-model dat er als een sedan uitzag en een combi. Maar het Tsjechische merk zag de markt veranderen en bracht twee jaar later de Kodiaq uit, een SUV in de hogere middenklasse. En deze overvleugelde al snel de Superb in de verkoopcijfers. Toch volgde er in 2024 nog een vierde generatie voor de Skoda Superb.

Met keus uit slechts twee modellen is het gamma overigens wel flink uitgedund. De vijfdeurs-hatchback ziet er nog steeds uit als een sedan en heeft ook nog steeds een grote vijfde deur. Hij is er in één uitvoering met 1,5 liter turbobenzinemotor met mild-hybride ondersteuning en zeventraps dubbelkoppeling-automaat. Die auto is er ook als Superb Combi en er is dan ook een plug-in hybride-versie van de 1,5 liter-turbomotor. Die laatste mag van Skoda nog 200 kilogram meer trekken dan de 1.600 kilogram van ons testexemplaar, de Superb Combi 1.5 TSI m-HEV.

Veel ruimte, lage instap

De nieuwe Superb Combi is een flinke auto met een lengte van 4,90 meter, 1,85 meter breed en 1,48 meter hoog. Zoals verwacht is er dus ook veel ruimte in het interieur. De beenruimte op de achterbank is riant, de hoofdruimte doet nauwelijks onder voor die van een SUV. Maar de instap is natuurlijk een stuk lager. Achter de achterbank is een bagageruimte van maar liefst 690 liter onder de afdekking en de lengte van de laadvloer bedraagt daar net geen 115 centimeter. Klap je de achterbank neer, dan bedraagt het laadvolume 1.950 liter, gemeten tot aan het dak.

Helemaal voorin zit je comfortabel op stevige stoelen en het dashboard wordt, zoals tegenwoordig zo vaak, gedomineerd door een groot centraal beeldscherm. Veel dingen moet je bedienen via dat aanraakscherm, maar gelukkig zijn veelgebruikte functies ondergebracht in drie ronde knoppen eronder. Op het eerste gezicht lijken het draaiknoppen voor de verwarming en ventilatie, maar door erop te drukken, verandert de functie van elke knop. Met de middelste draaiknop regel je het volume van het audiosysteem.

Maar door op de knop te drukken, verandert de functie in de bediening van de ventilatorsnelheid, de zoomfunctie voor de navigatiekaart of de keuze van de verschillende rijstanden. De andere twee knoppen bedienen niet alleen de temperatuur, maar ook de stoelverwarming en stoelventilatie.

Altijd hybride

In onze test-Skoda zit de 1,5 liter-motor met mild-hybride ondersteuning en 150 pk. Onze voorkeur ging eigenlijk uit naar de sterkere plug-in-hybride versie vanwege het hogere vermogen en koppel (204 pk en 350 Nm), en het bijna 300 kilogram hogere gewicht. Maar helaas was deze versie even niet beschikbaar, waardoor we met deze minder krachtige Superb op pad gingen. Voor een bijna 5 meter lange en 1.600 kg zware auto lijkt een 1,5 liter-viercilinder aan de kleine kant, maar de turbo blaast er letterlijk kracht in.

Tussen 1.500 en 3.500 toeren bedraagt het maximumkoppel 250 Nm. De standaard zeventraps dubbelkoppeling-automaat schakelt zonder onderbreking van de trekkracht, dus je hebt een mooi vloeiende acceleratie. De sprint van 0 naar 100 kilometer per uur kost dik negen tellen. Tot slot levert ook de mild-hybride ondersteuning nog een kleine bijdrage aan de aandrijving.

Tijdens afremmen op de motor wint een starter-generator energie terug, die vervolgens tijdens acceleratie weer aan de aandrijving wordt teruggegeven. Puur elektrisch rijden is er niet bij, maar de assistentie zorgt wel voor een lager verbruik. Solo rijdend kwamen we rond de zes liter per 100 kilometer uit.

“De nieuwe Skoda Superb laat zien dat je ook aan aan een stationwagen een prima caravantrekker kunt hebben’”

Meer toeren

Koppel je een caravan achter de Skoda Superb Combi, dan neemt het verbruik flink toe, in ons geval tot zo’n 11,5 liter per 100 kilometer. Je ziet dat vaker bij auto’s met een kleinere cilinderinhoud en een turbo. De turbo compenseert het gebrek aan motorinhoud als er kracht gevraagd wordt. Als je rustig rijdt, hoeft de turbo weinig te compenseren en is de auto relatief zuinig. Maar wie de kracht wel gebruikt – bijvoorbeeld met een vlottere rijstijl of met een caravan aan de trekhaak – ziet het verbruik dus vaak fors stijgen.

Waar je met die kleine turbomotoren wel altijd op moet letten, is het motortoerental, zeker als er standaard een automaat aan boord is. Om zo zuinig mogelijk te kunnen rijden, zal de automaat snel opschakelen naar een volgende versnelling om daarmee het toerental van de motor laag te houden. Dat is effectief bij een lage belasting, maar met de caravan achter de auto onverstandig.

We hebben het al verschillende keren vermeld, maar het kan niet vaak genoeg worden gezegd: de koeling en smering van de motor zijn bij de meeste auto’s afhankelijk van het motortoerental. Bij een hoge belasting – zoals het rijden met caravan – is het verstandig om de motor meer toeren te laten maken. Blijf ruim boven de 2.000 toeren en bergop liefst het dubbele om een goede koeling en smering te garanderen.

Plug-in-hybride nog beter

In de Superb Combi kun je de zeventraps dubbelkoppeling-automaat in de sportstand zetten, of volledig handmatig schakelen met de peddels aan het stuurwiel. De versnellingspook bevindt zich overigens niet meer op de middentunnel, maar aan de stuurkolom. Dat went snel en je leert de ruimte die vrijkomt op de middentunnel waarderen. Een handremhendel zoek je daar trouwens ook tevergeefs, want dat gaat elektrisch met een knopje op de middentunnel.

Wegrijden op een helling wordt makkelijk gemaakt met de automatische hellingrem. Dat laatste hebben we proefondervindelijk kunnen vaststellen tijdens onze testritten met een Dethleffs c’go 475 EL in Zeeland. De tot een maximumgewicht van 1.500 kilogram opgewaardeerde c’go brengt ondanks een wat lage disseldruk de Superb Combi geen moment aan het wankelen. De stabiliteit is goed en de grotere overhang achter zorgt ook op de snelweg en tijdens inhalen niet voor onrust in het span.

Verkeersdrempels of andere grote oneffenheden brengen wel heel even wat beweging in de combinatie, maar de stevige schokdemping herstelt de stabiliteit snel. De relatief kleine 1,5 liter-turbomotor voelt aan als een grotere krachtbron en heeft geen moeite met een ruim drie ton wegende combinatie. Maar met de iets grotere vermogensreserve en het hogere gewicht van de plug-in-hybride versie van deze Superb zou dat op papier allemaal nog iets makkelijker moeten gaan.

Conclusie

De stationwagen heeft het afgelopen decennium veel marktaandeel moeten afstaan aan de SUV en nog meer bij de trekauto’s. Maar de nieuwe Skoda Superb laat zien dat je ook aan een stationwagen nog een prima caravantrekker kunt hebben. De auto rijdt solo en met caravan stabiel en aangenaam en de mild-hybride aandrijflijn voldoet goed. Het is zeker de moeite waard om de sterkere en zwaardere plug-in-hybride variant te overwegen, want die is dankzij de lage CO2-uitstoot ook nog eens drie mille goedkoper en mag nog iets meer trekken.

Wil jij alles weten over de prestaties van de nieuwste trekauto’s?

ACSI FreeLife’s autospecialist Mario Vos test regelmatig de allernieuwste caravantrekkers. Zijn bevindingen –  met video’s – lees en zie je hier.